Roy vertelt dat ze de geiten vier keer per dag aan het voerhek brok voeren, met behulp van de kruiwagen, en één keer per dag krijgen ze onbeperkt kuilgras. Het vaker voeren van brok gebeurt om de geiten naar het voerhek te lokken en de voeropname te stimuleren. Roy: “Qua kuilgras probeer ik smakelijk voer te winnen dat niet te droog en niet te structuurrijk is. En in kritische perioden zoals rondom enten voer ik het mineraal Univit Capri, hierdoor komende geiten beter door een stressvolle periode.”
De lammeren krijgen koeienbiest, hiervan meet Talens altijd de Brix en de beste biest gaat naar de geitjes. Mocht er een keer geen goede koeienbiest zijn, dan wordt kunstbiest ingezet. Na een paar dagen gaan de lammeren aan de speenautomaat. Bij de lammeren in de melkperiode heeft Roy zelf een overdrukventilatiesysteem in de afdeling gebouwd. Hierdoor hebben ze beduidend minder longproblemen en rondom spenen hebben de lammeren weinig last van speendip. Na het spenen krijgen ze stro en onbeperkt Pensstart. Roy: “Ik ben ervan overtuigd dat je in de opfok niet moet besparen op het voer. De jeugdgroei is van groot belang. We houden gedurende de groeiperiode goed de rug van de lammeren in de gaten, ze moeten niet vet worden. Tussendoor, als de lammeren eraan toe zijn, schakelen we ook nog over naar een andere brok.”