Waar ben je naar op zoek?
Afbeelding: van de zandschulp 1
Teunis van Zandschulp (l) en Arend van de Zandschulp (r)

Melkveebedrijf van Zandschulp wordt gerund door Teunis van de Zandschulp, samen met zijn 80-jarige vader die nog volop actief is. “Er zijn weinig mensen die zoveel kennis en ervaring hebben als mijn vader. Hij houdt de nieuwste ontwikkelingen volop bij in de vakbladen. Ik hoop dat ik daar nog heel lang gebruik van kan maken”, vertelt Teunis. In de jaren ’90 zijn de veehouders op deze locatie gestart met 70 stuks melkvee. Momenteel staan er 150 melkkoeien die worden gemolken met drie robots. De jongveeopfok gebeurt bij een externe jongveeopfokker.

Focus op conditiescore om opstart verse koeien te verbeteren

Teunis zet in op het continue optimaliseren van de resultaten. Dat gaat niet vanzelf. De veehouder heeft lange tijd veel problemen met de opstart van de koeien na het afkalven. Samen met dierenarts Wico Teeuw van De Klomp Dierenartsen is gekeken naar de oorzaak. Teeuw: “Het probleem speelt al langer en mogelijk is een bepaalde bloedlijn van de koeien mede een oorzaak van het probleem”. “Wat ook meespeelt is de voeding”, vult Teunis aan: “Sinds het jongvee is uitbesteed zijn we iets minder intensief geworden en zijn we meer graskuil  gaan voeren. Daarmee konden we besparen op de aankoop van voer, met name mais. Minder mais en daarmee minder zetmeel in het basisrantsoen zorgde ervoor dat de verse koeien te weinig energie binnen kregen. Met als gevolg een verslechtering van de negatieve energiebalans en meer slepende melkziekte. Om individuele probleemgevallen in beeld te krijgen voert de veehouder samen met zijn dierenarts maandelijks een conditiescore uit van de gehele koppel inclusief de droge koeien. De koe wordt beoordeeld op conditie, pens vulling en mestscore. Daarnaast worden de verse koeien net na afkalven gemeten op Ketonen om slepende melkziekten en dus energieverlies voor te zijn. De veehouder heeft zo een goed profiel van zijn koeien en weet waar de knelpunten liggen. Daarmee was een éénduidige oplossing echter nog niet meteen gemakkelijk te vinden.

Afbeelding: van de zandschulp 2
Maandelijkse conditiescore door Teunis (l) en dierenarts Wico Teeuw (r)

Een rantsoen met eiwit in de basis

In het voorjaar kwam Teunis in contact met Niek Visser van ForFarmers-dealer Midland Voeders. Niek signaleerde dat de vet-, en eiwitcijfers op het bedrijf achterbleven en dat de opstart van de verse koeien hieraan mogelijk ten grondslag lag. Teunis besloot om op grond van Nieks verhaal de proef op de som te nemen en te veranderen van voerleverancier.

In samenwerking met Gert Kwakkel, melkveespecialist bij ForFarmers, is er een basisrantsoen samengesteld die beter aansluit bij de behoefte van verse en oudmelkte koeien en er wordt gericht gestuurd met krachtvoer in de robot. “Dankzij de conditiescore is er heel veel informatie en data beschikbaar waardoor we een heel gericht rantsoen kunnen samenstellen. Het voer wordt momenteel anders verdeeld en aangeboden. Voorheen kregen alle koeien een eiwit- en zetmeelbrok via de robot. Nu voeren we ze een standaard productiebrok en krijgen de verse koeien een speciale opstartbrok. Het eiwit wordt aan het voerhek gevoerd. Is extra eiwit niet nodig, bijvoorbeeld als er in de zomerdag veel vers gras is, dan doen we dit niet. Dit zorgt voor een kostenbesparing”,  licht Gert toe.

Ook is er een krachtvoerbox geplaatst bij de droge koeien. Hierdoor kan de veehouder de conditie in de transitieperiode beter op peil houden. “De laatste tijd gaat het afkalven prima. Er zijn geen melkziekten en ook de opstart gaat beter”, vertelt Teunis. Stapsgewijs worden de verbeteringen zichtbaar. In cijfers uitgedrukt zijn na een halfjaar samenwerken de volgende resultaten geboekt:

  • Het vetgehalte is gestegen naar 4,27 (2020: 4,23) en het eiwitgehalte naar 3,56 (2020: 3,47) bij een gelijke tot zelfs licht stijgende melkproductie.
  • Door het rantsoen beter in te balans te brengen voor verse en oudmelkte koeien zijn de krachtvoerkosten gedaald met zo’n € 1000 euro per maand.
Afbeelding: van de zandschulp 3
Beoordeling van de graskuil v.l.n.r. Niek Visser, Teunis van Zandschulp, Gert Kwakkel en Wico Teeuw

Maandelijks teamoverleg tussen veehouder, dierenarts en voeradviseur

Het maandelijkse teamoverleg van de veehouder, de dierenartsenpraktijk en de voeradviseurs is voor Teunis een belangrijke troef om resultaten te optimaliseren. Dankzij de data van de dierenarts, de zuivelonderneming en de voerleverancier zien zij heel gericht waar het op dat moment aan schort en waarop bijgestuurd kan worden. Ook wordt iedere maand geëvalueerd wat de effecten van de veranderingen zijn geweest. Volgens dierenarts Wico is Teunis niet bang om nieuwe dingen te proberen,  “Dat is echt zijn kracht”.

Teunis: “Ik vind het belangrijk om met te blijven ontwikkelen en te leren van de mensen om je heen. Ik ben bijvoorbeeld de laatste jaren ook meer met de bodem bezig. Vroeger gooide je er mest op en zag je wel wat er vanaf komt. Daar kom je tegenwoordig ook niet meer mee weg. Het is interessant om te zien hoe de bodem in elkaar zit en hoe je hier het optimale uit haalt. Ik kan iedereen adviseren om gebruik te maken van de kennis van de mensen om je heen. Zo maak je ook jouw team medeverantwoordelijk voor de resultaten en dit maakt het samenwerken nóg leuker. Zeker als je positieve effecten ziet!”. 

Afbeelding: van de zandschulp 4
Evalueren van de doorgevoerde wijzigingen en bespreken van de acties a.d.h.v. data uit de conditiescores