De stikstofbemesting (N) van een grasklaverperceel wijkt af van een normaal grasperceel. Voor een grasklaverperceel met 30% klaver wordt geadviseerd om de eerste snede te bemesten op basis van het gebruik (maaien of weiden) en van het stikstof leverend vermogen (NLV-waarde) van de bodem. Vanaf de tweede snede is het N-advies 0 om zodoende de ontwikkeling van de klaver niet te remmen. Doordat er minder stikstof via dierlijke mest wordt aangevoerd, wordt er ook minder kali aangevoerd. Een kali-aanvulling is daarom gewenst.
Bij grasklaver komt het effect van een beperkte kalivoorziening vooral tot uiting in de klaveropbrengst en dus indirect in de stikstofvoorziening van het gewas. Het kali-bemestingsadvies is voor grasklaver hetzelfde als voor een gewoon grasperceel. Wees zeker op zandgronden, vanwege de kans op uitspoeling, extra alert op de kali-aanvoer, om te voorkomen de klaver wegvalt.